Collectie Groningermuseum | Details | Zelfportret van Hermannus Fridericus Carolus de Hosson

Sidebar content	Placer content	Main content
Acties		Zelfportret van Hermannus Fridericus Carolus de Hosson Verwijder uit selectie Voeg toe aan selectie $2001_2010\2009.0002.JPG; 2009.0002; ;$ Objectnummer2009.0002 TitelZelfportret van Hermannus Fridericus Carolus de Hosson Vervaardiger Fridericus Carolus de Hosson BeschrijvingHet museum werd in de loop van de tijd verrijkt met verschillende portretten uit de schildersfamilies Wassenbergh en Lofvers die in de winter van 2005-2006 in het groninger Museum te zien waren op de tentoonstelling 'De zilveren Eeuw'. Aan deze serie kunstenaarsportretten kunnen nu de portretten van De Hosson en vrouw uit 1783 worden toegevoegd. De Hosson was 18 februari gedoopt in de katholieke kerk te Bentheim als zoon van de hofschilder Maximillianus Franciscus d'Ouhson en vernoemd naar zijn peten, de graaf en gravin van Bentheim. Hij droeg drie voornamen - Hermannus Fridericus Carolus - maar gebruikte later enke; de laatste twee. Hij trad in de voetsporen van zijn vader en werd schilder. Met zijn vrouw Christina Elisabeth Ludovica Antonetta Holtmann, een dochter van een militair uit Munster, woonde hij achtereenvolgens in Munster, Bentheim en Meppen. Later was d'Hosson werkzaam in Oost-Friesland en uiteindelijk verstigde hij zich in 1768 te Groningen. Hij maakte vele portretten - meerdere bevinden zich zich in de collectie van het Groninger Museum - en ook kamerbehangsels. Het Groninger Museum heeft fragmenten daarvan, alsmede drie tekeningen. De Hosson was een bekwaam schilder. In 1784 overleed zijn vrouw waarna hij een tijd in Leeuwarden woonde bij zijn zoon die daar apotheker was. Omstreeks 1787 vertrok de apothekerszoon met zijn gezin naar Oude Pekela, waar de schilder op 24 februari 1799, tachtig jaar oud, overleed. De zoon Casparus de Hosson was ook actief als schilder. Van hem en zijn vrouw Tecla Walregt is in de familie ook een portret bewaard. In 1992 schreef de oud-chartermeester van het Rijksarchief in Groningen Mr. L. J. Noordhoff een artikel over deze schildersfamilie waarin hij niet verklapte dat hij zelf een afstammeling was van de eigenaar van de vier vermelde familieportretten. Hij was zo vriendelijk de portretten van F.C. de Hosson en diens vrouw na te laten aan de Vereniging van Vrienden van het Groninger Museum, onder recht van vruchtgebruik door zijn schoonzuster. Deze overleed in 2009 en de vrienden schonken de portretten aan het Groninger Museum. Datum 1783 Vervaardiging periode18e eeuw Objectnaamschilderijen, zelfportretten, portretten Objectcategorieschilderijen Materiaalolieverf, canvas Techniekschilderen Formaat doek hoogte: 37.00 cm breedte: 28.50 cm lijst hoogte: 44.70 cm breedte: 35.80 cm dikte: 4.60 cm Credit lineGroninger Museum, Groningen. Schenking door de Vereninging Vrienden van het Groninger Museum, 2009

$2001_2010\2009.0002.JPG; 2009.0002; ;$

Objectnummer2009.0002

TitelZelfportret van Hermannus Fridericus Carolus de Hosson

Vervaardiger Fridericus Carolus de Hosson

BeschrijvingHet museum werd in de loop van de tijd verrijkt met verschillende portretten uit de schildersfamilies Wassenbergh en Lofvers die in de winter van 2005-2006 in het groninger Museum te zien waren op de tentoonstelling 'De zilveren Eeuw'. Aan deze serie kunstenaarsportretten kunnen nu de portretten van De Hosson en vrouw uit 1783 worden toegevoegd. De Hosson was 18 februari gedoopt in de katholieke kerk te Bentheim als zoon van de hofschilder Maximillianus Franciscus d'Ouhson en vernoemd naar zijn peten, de graaf en gravin van Bentheim. Hij droeg drie voornamen - Hermannus Fridericus Carolus - maar gebruikte later enke; de laatste twee. Hij trad in de voetsporen van zijn vader en werd schilder. Met zijn vrouw Christina Elisabeth Ludovica Antonetta Holtmann, een dochter van een militair uit Munster, woonde hij achtereenvolgens in Munster, Bentheim en Meppen. Later was d'Hosson werkzaam in Oost-Friesland en uiteindelijk verstigde hij zich in 1768 te Groningen. Hij maakte vele portretten - meerdere bevinden zich zich in de collectie van het Groninger Museum - en ook kamerbehangsels. Het Groninger Museum heeft fragmenten daarvan, alsmede drie tekeningen. De Hosson was een bekwaam schilder. In 1784 overleed zijn vrouw waarna hij een tijd in Leeuwarden woonde bij zijn zoon die daar apotheker was. Omstreeks 1787 vertrok de apothekerszoon met zijn gezin naar Oude Pekela, waar de schilder op 24 februari 1799, tachtig jaar oud, overleed. De zoon Casparus de Hosson was ook actief als schilder. Van hem en zijn vrouw Tecla Walregt is in de familie ook een portret bewaard. In 1992 schreef de oud-chartermeester van het Rijksarchief in Groningen Mr. L. J. Noordhoff een artikel over deze schildersfamilie waarin hij niet verklapte dat hij zelf een afstammeling was van de eigenaar van de vier vermelde familieportretten. Hij was zo vriendelijk de portretten van F.C. de Hosson en diens vrouw na te laten aan de Vereniging van Vrienden van het Groninger Museum, onder recht van vruchtgebruik door zijn schoonzuster. Deze overleed in 2009 en de vrienden schonken de portretten aan het Groninger Museum.

Datum 1783

Vervaardiging periode18e eeuw

Objectnaamschilderijen, zelfportretten, portretten

Objectcategorieschilderijen

Materiaalolieverf, canvas

Techniekschilderen

Formaat

Credit lineGroninger Museum, Groningen. Schenking door de Vereninging Vrienden van het Groninger Museum, 2009

Item aanvraagdatum
Verwachte retourdatum
Bestemming