Landschap met molen
Inventarnummer1962.0159
TitelLandschap met molen
Landschap met standermolen en figuren op een pad
Landschap met standermolen en figuren op een pad
Hersteller Paul Joseph Constantin Gabriël
BeschreibungHet is waarschijnlijk, dat het schilderij uit een vroege periode van Gabriels leven dateert. Als men niet zou weten dat hij invloed had ondergaan van Barbizon, zou toch de herinnering aan deze schilderschool opkomen bij het zien van dit landschap. Vooral door de kleur wordt de aarde hier getoond in haar aspect van warme draagster en verzorgster van mens en plant. De nadruk op het alledaagse en aardse is toch een van de kenmerken van de nieuwe opvatting, in tegenstelling tot de verfijnde pathetiek van een hoogromantisch landschap. De atmosfeer van ons landschap is te vergelijken met die in Gabriels schilderij van het Drielse veer dat enkele jaren later gemaakt zou kunnen zijn, maar dat ook nog duidelijk de invloed van Corot en Daubigny vertoont.
Waarschijnlijk hebben wij in het onderhavige doek niet te maken met een Nederlands landschap. Uitgaande van Gabriels verblijf in Brussel, van ± 1860-1883, kunnen wij aannemen, dat het schilderij in België ontstaan is, omstreeks het jaar 1860. De karaktertrekken, die in het gehele werk van Gabriel steeds de grote kracht vormen, zijn in ons landschap reeds ten volle en overtuigend aanwezig: het is zijn koele, bijna berekenende afgewogenheid; ondanks het feit dat er weinig "te zien" is, bezit de voorstelling een dwingende kracht, door de eenvoud van grote vlakken en lijnen. Mejuffrouw Marius gebruikt in haar Hollandse schilderkunst in de XIXe eeuw de uitdrukkingen "eenvoudige waarheid" en "het ongetroebelde, het ongewilde".
Men kan zich afvragen, of er in de Nederlandse schilderkunst van de 19e eeuw wel enig ander landschap is gemaakt, dat zo dicht raakt aan het wezen van Barbizon. Het is een realistische weergave van het bestaan, waar echter aarde en arbeidende mens overgoten worden met een melodieus licht. Wij zijn hier jenseits van Gut und Bose, een modern "et in Arcadia ego". (Jaarverslag Ver. Rembrandt 1962, p. 18-19)
Waarschijnlijk hebben wij in het onderhavige doek niet te maken met een Nederlands landschap. Uitgaande van Gabriels verblijf in Brussel, van ± 1860-1883, kunnen wij aannemen, dat het schilderij in België ontstaan is, omstreeks het jaar 1860. De karaktertrekken, die in het gehele werk van Gabriel steeds de grote kracht vormen, zijn in ons landschap reeds ten volle en overtuigend aanwezig: het is zijn koele, bijna berekenende afgewogenheid; ondanks het feit dat er weinig "te zien" is, bezit de voorstelling een dwingende kracht, door de eenvoud van grote vlakken en lijnen. Mejuffrouw Marius gebruikt in haar Hollandse schilderkunst in de XIXe eeuw de uitdrukkingen "eenvoudige waarheid" en "het ongetroebelde, het ongewilde".
Men kan zich afvragen, of er in de Nederlandse schilderkunst van de 19e eeuw wel enig ander landschap is gemaakt, dat zo dicht raakt aan het wezen van Barbizon. Het is een realistische weergave van het bestaan, waar echter aarde en arbeidende mens overgoten worden met een melodieus licht. Wij zijn hier jenseits van Gut und Bose, een modern "et in Arcadia ego". (Jaarverslag Ver. Rembrandt 1962, p. 18-19)
Datum circa 1860 - circa 1863
Entstehungszeitraum19e eeuw
Objektbezeichnungschilderijen, landschappen (voorstellingen)
Sachgruppeschilderijen
Technikschilderen
Format
- doek hoogte: 37.50 cm
breedte: 67.00 cm
lijst hoogte: 56.50 cm
breedte: 83.00 cm
diepte: 6.00 cm
Credit lineaangekocht met steun van de Vereniging Rembrandt