Urn (Godlinze)
N° d'objet1919-08-0001
TitreUrn (Godlinze)
Créateuronbekend
DescriptionVersierde, onbeschadigde, afgeknot-peervormige, leikleurige en blauwgrauwe urn in de vorm van een tuitkan met oor. De rand is lipvormig en verdikt. De hals laag en ingesnoerd. Om de schouder, op onderling gelijke afstanden, afgewisseld met telkens één flauw ingedrukte golflijn, vier dubbele rijen van rechthoekige rolstempelindruksels. Op de buik draaisporen. De bodem is scherp, zuiver afgedraaid en iets hol.
De inhoud van de urn bevat verbrande beenderen van een volwassen mens. De bijgaven bestaan uit:
a) acht fragmenten van een enkelvoudige gestrekte benen kam met een door ijzeren klikboutjes verbonden, versierde en onversierde, op doorsnede platte trapezevormige plaat en meerdelige, door eenzijdige inzaging getande middelplaat. Versiering in de vorm van staande dubbele zigzaglijntjes, twee maal gebroken, in overeenstemming met de zichtbare vlakken van de legplaat. In het midden echter door zes verticale groeflijntjes in twee groepen gescheiden
b) twee aaneen gesmolten kraalresten
c) talrijke fragmenten van een klein kogelvormig potje van geel aardwerk. De rand is lipvormig omgebogen en afgerond verdikt. De hals is laag en ingesnoerd. De bodem is blijkbaar afgesneden en bol.
d) enkele onbepaalde stukkensterk geoxideerd ijzer.
De urn is afkomstig uit het in augustus 1919, onder leiding van van Giffen systematisch ontgraven grafveld bij Godlinze, in het bouwland van de landbouwer H. Meinardi, aan de voet van de dorpswierde.
De inhoud van de urn bevat verbrande beenderen van een volwassen mens. De bijgaven bestaan uit:
a) acht fragmenten van een enkelvoudige gestrekte benen kam met een door ijzeren klikboutjes verbonden, versierde en onversierde, op doorsnede platte trapezevormige plaat en meerdelige, door eenzijdige inzaging getande middelplaat. Versiering in de vorm van staande dubbele zigzaglijntjes, twee maal gebroken, in overeenstemming met de zichtbare vlakken van de legplaat. In het midden echter door zes verticale groeflijntjes in twee groepen gescheiden
b) twee aaneen gesmolten kraalresten
c) talrijke fragmenten van een klein kogelvormig potje van geel aardwerk. De rand is lipvormig omgebogen en afgerond verdikt. De hals is laag en ingesnoerd. De bodem is blijkbaar afgesneden en bol.
d) enkele onbepaalde stukkensterk geoxideerd ijzer.
De urn is afkomstig uit het in augustus 1919, onder leiding van van Giffen systematisch ontgraven grafveld bij Godlinze, in het bouwland van de landbouwer H. Meinardi, aan de voet van de dorpswierde.
Nom d'objeturnen
Catégorie d'objetarcheologische objecten
Matérielaardewerk
Dimensions
- geheel hoogte: 22.00 cm
hals hoogte: 1.50 cm
gr. d. hoogte: 11.50 cm
br. rand dikte: 1.00 cm
tuit hoogte: 3.00 cm
rand diameter: 11.40 cm
hals diameter: 10.70 cm
buik diameter: 23.10 cm
bodem diameter: 9.10 cm
buikwand dikte: 0.35 cm
handvat dikte: 0.90 cm